Laat de Internationale Vrouwendag op 8 maart geen jaarlijkse excuustruus zijn. De Belgische chemie- en farmabedrijven hebben dringend een grotere 'female touch' nodig.
Sluit je ogen en denk aan de laatste keer dat je een vrouwelijke professor zag in een stripverhaal. Dat duurde lang, niet? Professor Gobelijn en professor Zonnebloem hebben ons generaties lang een stereotiep beeld van mannelijke uitvinders ingeprent. Of het moet zijn dat je de Belgische stripreeks Yoko Tsuno kent, met een vrouwelijke ingenieur elektrotechniek in de hoofdrol. Loop de volgende keer dat je in Brussel bent zeker eens langs haar stripmuur. Het is amper vijf minuutjes stappen van, jawel, Manneken Pis. Qua symboliek in een debat over gendergelijkheid kan dat tellen.
In 1983 nam de wetenschapper David Wade Chambers de proef op de som met de Draw-A-Scientist Test. Bijna 5.000 jongens en meisjes kregen de vraag een wetenschapper te tekenen. Bij amper 0,6 procent, onder wie geen enkele jongen, kwam een vrouwelijke wetenschapper op het blad. Vandaag, veertig jaar later, blijkt dat percentage opgeklommen tot ongeveer 30 procent. Dat is bemoedigend, maar nog ver weg van de beoogde gelijkheid.
Ook op de werkvloer zijn we er nog lang niet. Slechts 29 procent van de bijna 100.000 werknemers in de Belgische chemie- en farmabedrijven is een vrouw. Met wat goede wil kan je dus stellen dat een op de drie medewerkers in de sector vrouw is. Evenwichtig kan je dat moeilijk noemen. Het goede nieuws? Twintig jaar geleden zat dat aandeel nog veel lager, op amper 23 procent.
If she can see it, she can be it
Wat hebben we nodig om beter te doen? Er zijn twee duidelijke prioriteiten. In de eerste plaats moeten er meer vrouwelijke rolmodellen komen. Of zoals de Amerikaanse actrice Geena Davis ooit zei in haar hartstochtelijke pleidooi voor meer gendergelijkheid: ‘If she can see it, she can be it.’
Vertel uw (klein)kinderen dus het verhaal van Jennifer Anne Doudna (59) en Emmanuelle Charpentier (54). Zij kregen de Nobelprijs voor scheikunde met CRISPR-Cas9, een knip- en plaktechniek om stukjes DNA in het menselijk genoom te wijzigen. Het is nu al een van de meest spraakmakende ontdekkingen van de 21ste eeuw en ze kan een revolutie teweegbrengen in de gezondheidszorg. Maak kinderen duidelijk dat twee vrouwelijke wetenschappers, professor Katalin Karikó (68) en BioNTech-oprichtster Özlem Türeci (56), de grondleggers zijn van de mRNA-technologie, die aan de basis ligt van enkele van de meest gebruikte coronavaccins.
Natuurlijk hebben we niet alleen nood aan beroemdheden, onder wie ook de Pools-Franse schei- en natuurkundige Marie Curie (1867-1934) en de Britse chemicus Rosalind Franklin (1920-1958). We hebben ook meer vrouwelijke STEM-leerkrachten en meer rolmodellen uit het bedrijfsleven nodig aan wie jonge meisjes zich kunnen spiegelen.
Maatschappelijk nut
De tweede prioriteit is meer aandacht in het STEM-onderwijs voor ‘purpose’, de maatschappelijke meerwaarde van zulke opleidingen. Jongeren beseffen nog te weinig welke positieve impact ze dankzij STEM-studies later kunnen hebben op het milieu, het klimaat of onze gezondheid. Daardoor blijft veel potentieel onbenut.
Meer meisjes motiveren voor STEM heeft ook een economische reden. Bedrijven schreeuwen om talent met de juiste skills en attitudes om de digitale en groene transitie vorm te geven. Vacatures voor STEM-jobs raken almaar moeilijker ingevuld. Bovendien staat de chemie- en farmasector door de vergrijzing - een op de drie werknemers is ouder dan vijftig - voor de gigantische uitdaging om de komende 15 jaar de uitstroom van duizenden ervaren medewerkers op te vangen. Het is een unieke kans om het aantal vrouwelijke werknemers in de industrie fors te vergroten.
De jobkansen zijn er. Het maatschappelijk nut van wetenschap en technologie is nooit zo duidelijk geweest. De digitalisering beheerst ons leven. Innovatie helpt ons aan klimaatoplossingen en baanbrekende geneesmiddelen. Met een extra female touch maken we die sprong naar de toekomst eens zo vlot. Sisters of science, ik reken op jullie!
Dit opiniestuk werd geschreven door Tineke Van Hooland en gepubliceerd in De Tijd op 8 maart 2023.