Kamerlid Goedele Liekens hamert op opvolging van seksuele deliquenten en stelt ook de Orde der Artsen voor haar verantwoordelijkheid
Er is vandaag in de Kamer gedebatteerd over de opvolging van kindermisbruik. Het heikele thema kwam aan bod nadat eerder deze week aan het licht kwam dat een kinderarts die 20 jaar geleden is veroordeeld voor feiten in verband met kinderporno gewoon verder aan de slag kon blijven en daarbij tot nieuwe misdrijven is overgegaan. Kamerlid Goedele Liekens gaf aan geschokt te zijn door dit dossier maar wou van Minister van Justitie Vincent Van Quickenborne vooral weten of dergelijke situaties zich ook vandaag nog kunnen voordoen en wat we daartegen kunnen beginnen. “Strikte opvolging, begeleiding en behandeling van plegers is, ook na het uitzitten van een straf, absoluut noodzakelijk.”
In zijn antwoord gaf Minister Van Quickenborne aan dat Justitie alles wat te maken heeft met kindermisbruik veel strikter opvolgt dan enkele decennia geleden en dat daarbij niets aan het toeval wordt overgelaten. In het nieuw seksueel strafrecht worden de maximumstraffen in dat verband trouwens nog opgetrokken. Liekens toonde zich verheugd met het engagement van de minister maar stipte ook aan dat er werk moet worden gemaakt van een doorgedreven gegevensuitwisseling. “Ook de Orde der Artsen moet, zoals iedere andere beroepsorganisatie en tuchtorgaan, haar verantwoordelijkheid nemen en meldingen opvolgen. Deze situatie waarbij een arts, die bij uitstek een vertrouwenspersoon is, na eerdere feiten aan de slag blijft en opnieuw overgaat tot zedendelicten tegen minderjarigen, mag zich in de toekomst nooit meer voordoen”, aldus het Kamerlid.
SHARE