
AWV blijft verantwoordelijk voor het plaatsen en onderhouden van verkeersborden aangaande de verkeerscode: snelheidsaanduiding, voorrangsregels, … “In het kader van het pleidooi voor minder planlast en betutteling door de minister-president en op basis van het idee van subsidiariteit, past dan ook mijn voorstel om de lokale besturen verantwoordelijk te maken voor de signalisatie naar publieke voorzieningen (de befaamde witte, bruien en gele borden) langs gewestwegen zoals een toeristische attractie, een begraafplaats, een bedrijventerrein of een bedrijf, een rusthuis, een gemeentehuis of een gemeentelijke sporthal,” aldus Marino Keulen. “Dit is geen kerntaak van AWV en kan dus perfect uitgevoerd worden door de lokale besturen zelf. De steden en gemeenten langs een gewestweg weten zelf beter wat ze moeten signaleren en wat niet.”
Verkeerde focus
“In de commissie heerste er een algehele verontwaardiging, over de partijgrenzen heen. In tijden van besparingen kan het niet de bedoeling zijn dat een administratie man– en voertuiguren gebruikt om alle borden langs gewestwegen na te gaan en de ‘overtreders’ en de lokale besturen een aangetekende brief toestuurt,” stelt Marino Keulen.
Alle woordvoerders van de fracties in de commissie drukten zich in die zin uit. In besparingstijden hoort de focus op andere taken te liggen, zoals onderhoud van wegen en fietspaden, het implementeren van een groene golf op gewestwegen, …. “De vraag was dan ook aan de minister om deze communicatie in te trekken en te stoppen met de actie. De focus van AWV moet liggen op het onderhoud van de wegen en het verzekeren van een vlotte doorstroming,” stelt Keulen.
Aanpassing decreet nodig
“Minister Weyts is mijn vraag niet ongenegen, maar vanuit het parlement zal hier legislatief voorbereidend werk nodig zijn. Momenteel is volgens het decreet van 16 mei 2008 de wegbeheerder verantwoordelijk voor de bewegwijzering, in dit geval AWV dus voor de signalisatie langs gewestwegen. Dit werk zal de komende maanden zijn beslag krijgen binnen de meerderheid in het parlement.”
Belangrijk uitgangspunt blijft wel om de uniformiteit van de signalisatieborden niet te ondermijnen langs de gewestwegen en dat het wettelijk kader omtrent het uitzicht van de signalisatieborden van toepassing blijft.