Deze crisis maakt duidelijk hoe belangrijk een sterke zorg- en welzijnssector is. En tegelijkertijd brengt het duidelijk de uitdagingen in beeld waar deze sector mee kampt. Daarom trekt de Vlaamse regering in totaal maar liefst 1,1 miljard uit om werk te maken van meer koopkracht voor het personeel, betere werkomstandigheden en meer handen aan het bed.
Om de lonen op te trekken, wordt 412 miljoen uitgetrokken. Deze zullen zo tot 4,5% en zelfs 6% kunnen stijgen. Dit is het geval voor zowel publieke als private actoren. Zo zullen bijvoorbeeld zelfstandige onthaalouders kunnen rekenen op een loonsverhoging.
Daarnaast worden middelen vrijgemaakt voor kwalitatieve verbeteringen van de arbeidsvoorwaarden van het personeel. Denk daarbij aan werkbaarheid, stressbestrijding en een betere balans werk-privé. Dat is essentieel om de hoge werkdruk, die verder versterkt is geweest door covid-19, te doen afnemen.
Deze verhoogde aantrekkelijkheid van de loons- en arbeidsvoorwaarden, tot slot, moet zorgen voor een hogere aantrekkelijkheid van het beroep. Eén van de voornaamste uitdagingen voor de toekomst is immers de verhoging van de instroom. Zo zorgen we op een duurzame manier voor meer handen aan het bed.