
Het kernkabinet heeft beslist het voorstel van Open Vld over het verenigingswerk te volgen. Hiermee wordt tegemoetgekomen aan de noden van vele sportclubs die problemen ondervonden door de vernietiging van de bijkluswet door het Grondwettelijk Hof. “Dit vult de leemte tussen vrijwilligerswerk en reguliere tewerkstelling. Veel sportclubs trokken hier al over aan de alarmbel. Wij hebben er steeds op gehamerd zo spoedig mogelijk een oplossing te vinden”, stelt Kamerlid De Jonge, die het wetsvoorstel eerder dit jaar al indiende. “In dit wetsvoorstel focussen we op het verenigingswerk in sportclubs en houden we rekening met de verzuchtingen van het Grondwettelijk Hof: zo voorzien we onder andere een betere bescherming voor de verenigingswerker”, stelt Tania De Jonge. Het wetsvoorstel werd zonet goedgekeurd in de commissie Sociale Zaken.
Eerder dit jaar vernietigde het Grondwettelijk Hof de bijkluswet. Deze regeling was vooral interessant voor mensen die bijvoorbeeld in het weekend actief zijn als jeugdtrainer of scheidsrechter. “De focus van het nieuwe voorstel ligt op het verenigingswerk, wat met name voor de sportverenigingen van pas zal komen omdat zij goed zijn voor meer dan 70% van de bijklussers”, stelt Tania De Jonge. Het wetsvoorstel voorziet een legaal statuut voor semi-agorale activiteiten (verenigingswerk), waar al lang vraag naar is op het terrein. Dat kadert in bestaande specifieke noden die niet kunnen opgevangen worden binnen het vrijwilligerswerk of een professioneel statuut van werknemer of zelfstandige.
€6000 per jaar
Het plafond van 6000 EUR per jaar wordt behouden, maar de inkomsten worden niet langer volledig (para)fiscaal vrijgesteld. “We vragen een beperkte sociale bijdrage van 10% op de inkomsten die ten laste zijn van de vereniging”, aldus Kamerlid De Jonge. Ook de voorwaarde om minimum 4/5 aan de slag te zijn vervalt in dit voorstel. Daarnaast is ook een fiscale heffing van 10% voorzien, ten laste van de verenigingswerker, op de inkomsten uit het verenigingswerk. Deze regeling blijft (para)fiscaal zeer gunstig ten opzichte van tarieven die op een normale arbeidssituatie van toepassing zijn. “Als we niets fiscaal voorzien, is er een grote kans dat het Grondwettelijk Hof opnieuw vernietigt. Dat zou geen goed scenario zijn voor de verenigingen. Daarom ligt dit nu op een solidariteitsbijdrage van 10% voor de vereniging en een fiscale heffing van 10% voor de verenigingswerker”, legt De Jonge uit.
“Dit wetsvoorstel komt op die manier tegemoet aan de inhoudelijke kritiek van het Grondwettelijk Hof op de bijkluswet”, zegt Kamerlid De Jonge. Daarnaast wordt er ook een limiet gesteld aan het aantal uren verenigingswerk per maand: je kan maximaal 50 uren verenigingswerk per maand uitvoeren, gemiddeld op kwartaalbasis. Ten slotte wordt er voorzien in een betere bescherming van de verenigingswerker. Zo worden er onder andere regels voorzien met betrekking tot het werkrooster, gewaarborgde rustpauzes en een kader voor een beperkte opzegtermijn en -vergoeding.
“Door de vernietiging door het Grondwettelijk Hof, komen veel verenigingen echt in de problemen. Jeugdtrainers, scheidsrechters,… voor hen zou dat een tegenslag zijn mocht dit wettelijk kader wegvallen. Zij zorgen ervoor dat verenigingen in de beste omstandigheden kunnen functioneren. Zij versterken de werking van die verenigingen”, legt De Jonge uit. De nieuwe regeling geldt in eerste instantie voor de sportverenigingen, maar ook voor andere verenigingen (in de socio-culturele sector) zal gekeken worden of zij kunnen aansluiten bij deze regeling. Er wordt nu eerst met hen overlegd.
“De nood aan een duidelijk en rechtszeker kader is groot op het terrein. Bovendien blijft bijklussen met deze regeling flexibel en administratief eenvoudig voor de clubs”, aldus De Jonge.