Sla navigatie over

Pleidoor voor laïcisme – Patrick Dewael

In het artikel ‘En faveur d’un débat sur le voile’ (Le Soir, 23 december) pleit Laurette Onkelinx voor een religieuze neutraliteit van de overheid. Ik verheug mij daarover want dat is een standpunt dat ik al meer dan tien jaar verdedig. Blijkbaar zijn de ogen van de Franstalige socialisten na de aanslagen in Parijs met haar uitlopers tot in Molenbeek en Brussel eindelijk opengegaan. Tot voor kort verdedigde de Brusselse PS bij monde van Philippe Moureaux een vorm van cultuurrelativisme waarbij niet mocht gesproken worden over allerlei negatieve uitwassen die voortvloeiden uit culturele en religieuze tradities. Dat stadium zijn we nu voorbij. De uitspraak van Onkelinx is belangrijk omdat we nu eindelijk een diepgaand debat kunnen voeren over de fundamentele grondwaarden van onze samenleving. Maar dit moet los staan van het andere debat dat gaande is over de manier waarop we de terreur moeten bestrijden. Het gaat er mij om hoe we verhouding tussen geloof en staat definitief kunnen regelen.

 

Al meer dan tien jaar zeg ik met nadruk dat in de publieke dienstverlening een strikt religieuze neutraliteit moet worden aangenomen. Dat betekent concreet dat vertegenwoordigers van de overheid op geen enkele manier uiting mogen geven van hun religieuze overtuiging en dat gelovigen niet mogen bevoordeeld worden ten aanzien van niet-gelovigen. Juist omwille van de harmonie in de samenleving is het noodzakelijk dat in het publieke domein universele seculiere waarden en normen worden gehanteerd. Die seculiere waarden en normen vinden hun basis in onze liberale grondrechten, zoals de strikte scheiding van geloof en staat, de vrijheid van meningsuiting, de gelijkwaardigheid van elke mens en van man en vrouw in het bijzonder, en het recht op zelfbeschikking.

 

Om dit te realiseren moeten we, net zoals in Frankrijk, de idee van het laïcisme omarmen. En we moeten dat vastleggen in de grondwet om te vermijden dat de diverse gemeenschappen, steden en instellingen weer aparte regelingen zullen vastleggen. We hebben baat aan een eenduidig, helder en onwrikbaar grondwettelijk principe van een strikte scheiding van geloof en staat. Rechters, politiemensen, loketambtenaren en leraars in het openbaar onderwijsnet, mogen in die optiek geen opvallende religieuze symbolen dragen omdat ze als vertegenwoordigers van de overheid neutraliteit moeten uitstralen. Elke burger in ons land heeft in zijn contacten met de overheid immers recht op een neutrale behandeling.

 

Ook de leerlingen van het basis- en middelbaar openbaar onderwijs zouden op school geen hoofddoek, kruisteken, tulband of keppeltje mogen dragen. De openbare school is immers de plaats waar kinderen met elkaar op basis van gelijkwaardigheid met elkaar moeten omgaan en waar waarden worden overgedragen die leiden tot meer emancipatie en zelfbeschikkingsrecht. Daarbij moet ook een einde worden gemaakt aan de toenemende sociale druk binnen religieuze gemeenschappen op kinderen, in het bijzonder op meisjes, om die opvallende symbolen te dragen.

 

Ik denk dus dat de tijd rijp is om de scheiding van geloof en staat definitief te verankeren in onze grondwet. Het zal bijdragen tot een meer duidelijke verhouding van de burger ten aanzien van de overheid. Het zal misstanden die in naam van een religie of levensbeschouwing gebeuren uit de weg ruimen. Het zal bijdragen tot meer zelfbeschikkingsrecht voor elk individu. Ik stel voor om het debat ten gronde hierover te openen in de parlementaire commissie voor de Herziening van de Grondwet.

 

Zoek nieuwsberichten
Meest recente berichten

Gemaakt door Code Nation via NationBuilder