Radiocoryfee Lutgart Simoens beschouwt haar leven als voltooid. Ze is niet ongeneeslijk ziek, maar wel klaar om te sterven. En ze wil daar zelf over kunnen beslissen. Open Vld voorzitter Gwendolyn Rutten vindt het tijd voor een grondig debat over het voltooide leven.
Het recht op zelfbeschikking. Het lijkt vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Eeuwenlang bepaalden samenleving en religie wie je was of moest zijn, waar je in geloofde en wat de rol was van mannen en vrouwen. Vandaag beslis je hier bij ons zelf over je leven. Wat je gelooft of niet gelooft, met wie je een relatie aangaat of trouwt, waar je naar school gaat of werkt… Vrouwen zijn sinds 1990 baas over eigen buik. En sinds 2002 hoeven ongeneeslijk zieke mensen niet ondraaglijk te lijden. Ze kunnen zelf bepalen hoe hun leven waardig eindigt. Samen met onze noorderburen hebben we als liberalen en land altijd vooropgelopen in die strijd om vrijheid en zelfbeschikking. De Belgen hebben al die rechten ook omarmd. We beschouwen ze als vanzelfsprekend. Voor de grondstroom in ons land is het leven iets waar je als individu zelf over beschikt en beslist. Over het algemeen respecteren mensen de keuze die anderen maken. Ook als het gaat over gevoelige zaken zoals abortus of euthanasie. Het zelfgekozen en serene heengaan van topatlete Marieke ‘Wielemie’ Vervoort is hier een bewijs van.
Wet in beweging
Het debat is echter niet afgelopen. Wetgeving moet mee evolueren met de tijd. Zo hebben we enkele jaren geleden na een belangrijk debat euthanasie ook mogelijk gemaakt voor oordeelbekwame minderjarigen. Deze uitbreiding stootte wereldwijd op onbegrip, maar kon in ons land wel rekenen op een parlementaire meerderheid. Want op ondraaglijk lijden staat geen leeftijd. De publieke opinie voelde feilloos aan dat de euthanasiewetgeving voor oordeelkundige minderjarigen precies tot doel heeft om zo weinig mogelijk ‘gebruikt’ te worden. De gemoedsrust en erkenning van de mogelijkheid om menswaardig te kunnen sterven, volstaan vaak om mensen boven zichzelf te laten uitstijgen. Vorige week nog heeft het parlement de verplichting geschrapt om je wilsverklaring voor euthanasie elke vijf jaar te vernieuwen. Zo plaatsen we de menselijke wil opnieuw boven de ‘Kafka’ van administratieve regelzucht. Wie twijfelt, kan op elk moment de verklaring intrekken. Wie zeker is, hoeft niet meer angstvallig de kalender in de gaten te houden.
Ook in andere kwesties over levenseinde is de samenleving klaar voor een volgende stap. Vaak zet de moed van publieke figuren de politiek aan tot actie. De keuze van Hugo Claus om te vroeg waardig uit het leven te stappen vooraleer hij onherkenbaar zou aftakelen, stuwt tot op vandaag de noodzaak om euthanasie mogelijk te maken voor dementerenden. Het is tijd om de wetgeving op dat vlak aan te passen.
Een voltooid leven
Afgelopen weekend trok Lutgart Simoens, de 91-jarige coryfee van Radio 2, in een interview in Het Laatste Nieuws het debat over het voltooide leven op gang. ’Ze heeft het gehad’, zo kopte de krant. Mevrouw Simoens is niet ongeneeslijk ziek, ze geniet van het leven, van haar familie en van klassieke muziek. Ze is niet levensmoe, maar wel levensvoldaan. “Geef mij één reden wat de zin is van ondraaglijk lijden. Er is er geen. Al wat ik wil, is rustig kunnen inslapen, bij mijn volle verstand, pijnloos en voordat ik fysiek of mentaal aftakel. Dat zou ieders goed recht moeten zijn. Ik wil dat de wetgever respecteert dat het ook na een voltooid leven gedaan moet kunnen zijn.”
Ik ben het met haar eens. Niet alleen bij ondraaglijk lijden, maar ook als je leven ‘af’ is, moet je er een punt achter kunnen zetten wanneer je er zélf, uitdrukkelijk, vrijwillig, onafhankelijk en duurzaam om vraagt. Het is een moeilijk debat, dat weten we. Want waar trek je de grens? Mogen alleen ouderen die keuze maken, of geef je dat recht aan iedereen? Kan je die lijn trekken in een samenleving waar psychische problemen nog te vaak stiefmoederlijk behandeld worden? Waar zelfmoord bovengemiddeld veel voorkomt? Hoe vermijden we dat de dood iets banaals wordt? Ik heb vandaag niet alle antwoorden. Maar het is wel hoog tijd om het debat te openen. Nederland toont de weg. Daar gaan burgers, academici en politici al tien jaar grondig met elkaar in gesprek.
Op het Vrijheidscongres in 2017 reflecteerden we als liberalen over de uitdagingen voor de komende decennia. We openden toen intern in onze partij het debat over het voltooide leven. Vandaag is het tijd om die discussie veel breder aan te gaan. Sereen, open en zonder tijdsdruk, zoals dat steeds voor ethische thema’s het geval moet zijn. Het federale parlement is de plaats waar het hart van het debat moet kloppen. Zodat alle partijen hierna een weloverwogen standpunt kunnen innemen en we desgevallend daaropvolgend werk kunnen maken van nieuwe wetgeving.
Wij liberalen geloven alvast dat alle mensen het recht hebben om goed geïnformeerde keuzes te maken, om hun leven in eigen hand te nemen als ze dat willen. Tot en met de laatste dag.