Sla navigatie over

De Commissie moet beter worden bewapend om lidstaten te bekritiseren

Het is een vaak gehoorde kritiek de laatste weken: de Europese Commissie veroordeelt onvoldoende het politiegeweld in Catalonië of het opsluiten van de Catalaanse regering. Daar zijn enkele verklaringen voor, maar één daarvan bleef tot nu toe onderbelicht: de Commissie beschikt niet over alle gereedschap om dit proportioneel en consequent te doen.

Vandaag bestaat de zwaarwichtige procedure onder Artikel 7 van de Europese Verdragen. Wanneer er in een lidstaat “een systeemdreiging ontstaat die zich tot een duidelijk gevaar voor een ernstige schending van de rechtsstaat kan ontwikkelen” kan de Commissie een procedure openen die kan uitmonden in sancties tegen een lidstaat. Alle andere leden van de Europese club moeten daar wel mee instemmen.

Een eerste probleem met deze procedure is dat er geen duidelijke criteria zijn voor wat nu net een systeemdreiging is. De Commissie kan dus vrij beslissen wanneer ze in actie schiet. Maar dat maakt de beslissing enorm politiek geladen. Tegen een kleinere lidstaat of regering met weinig vrienden in de Europese Raad is dat al gemakkelijker dan tegen machtigere lidstaten.

Dat verklaart waarom de Commissie wel met Artikel 7 optreedt tegen Polen, maar niet tegen Hongarije. De Poolse regering ontsloeg zowat het hele Grondwettelijk Hof en ontnam de regeringsgetrouwe nieuwe rechters de macht om wetten te blokkeren. Tegen Hongarije onderneemt de Commissie minder actie. Nochtans muilkorft Orban NGO’s en doekt hij regeringskritische kranten op. Het verschil? De PiS-regering in Polen maakt samen met N-VA deel uit van de na de Brexit imploderende Europese conservatieve partij, terwijl Orban lid is van de machtige Europese Christendemocratische partij.

Wat dan met Spanje? De Partido Popular is een steunpilaar van de EPP. Critici beweren dat de Europese machthebbers geen zin hebben om de PP tegen de haren te strijken. Het kamp-Rajoy zal opwerpen dat er helemaal geen systeemdreiging is, dat er enkel werd opgetreden volgens de Spaanse wet tegen een ongrondwettelijk referendum. Artikel 7 inroepen, is in dat geval buitenproportioneel.

Om aan die politisering en het gevaar van de overreactie te ontsnappen, moeten we de gereedschapskist van de Commissie aanvullen. Een panel van onafhankelijke experts zou jaarlijks elke lidstaat moeten doorlichten op de fundamenten van de Europese Unie, namelijk het respect voor mensenrechten, democratie en de rechtsstaat. Deze procedure neemt de controverse over het ontbreken van kritiek of een buitenproportioneel optreden weg. De Commissie kan consequent zijn, vrijer en objectiever spreken. Bovendien kan er aan de hand van zo’n jaarlijks rapport vroeger worden opgetreden en vermijden we spattende etterbuilen.

In het geval van Spanje zou men kunnen oproepen tot dialoog of zelfs actief proberen te bemiddelen. Hongarije is na al die jaren veel verder afgegleden. Na vruchteloze pogingen tot bijsturing zou men een reden hebben om toch de Artikel 7-procedure op te starten en eventueel tot sancties over te gaan. Zo’n jaarlijkse evaluatie is overigens geen nieuw instrument. Binnen het kader van het Europees Semester krijgt elk land vandaag al een jaarlijks economisch rapport met aanbevelingen. Een lidstaat kan zelfs op het strafbankje belanden.

Dit weekend debatteert Open Vld op het Vrijheidscongres over dit voorstel. Minister Reynders en de liberalen in het Europees Parlement ijveren al langer voor zo’n systeem. Hopelijk sluit de N-VA, die nu selectieve actie van de Commissie aanklaagt maar zich onthield bij een Europese resolutie over deze jaarlijkse evaluatie, zich hier nu ook definitief bij aan. Maar dit zal moeilijk blijven zolang de Vlaams-nationalisten dezelfde fractie delen met de Poolse regering die de rechtsstaat actief afbreekt en de Britse conservatieven die absoluut uit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens wil stappen.

Zoek nieuwsberichten
Meest recente berichten

Gemaakt door Code Nation via NationBuilder