De vier grootbanken in ons land hebben een te dominante positie. Dat blijkt uit een nota van de concurrentiewaakhond BMMA. Het rapport gaf aanleiding tot een debat tijdens het vragenuur in de Kamer. “Bij onvoldoend concurrentie is er één slachtoffer: de consument. De spaarder krijgt niet waar hij recht op heeft : een ordentelijke rente”, aldus Kamerlid Kathleen Verhelst.
Een vrije markt is essentieel voor ons als liberalen. Een goed werkende markt vergt echter een gezonde concurrentie en die is er in de bankensector niet omdat een aantal spelers een te dominante positie heeft. Verhelst: “Belgen zijn trouwe spaarders. We worden niet alleen geboren wordt met een baksteen in de maag maar met een spaarrekening bij de bank. Maar de spaarder is misschien wel te trouw. Er is te weinig beweging op de markt: we gaan weinig of niet op zoek naar alternatieven voor de grootbanken die meer opbrengen. Banken zijn voor ons absoluut niet de vijand maar het is duidelijk dat er maatregelen nodig zijn die de concurrentie aanzwengelen. Tegelijk moeten we de informatieplicht van banken aanscherpen en het nog eenvoudiger maken om van bank te veranderen. De concurrentie kan en moet versterkt worden en ik ben blij dat staatssecretaris Bertrand daartoe opnieuw de nodige stappen zal zetten.”
SHARE